terug

 

Luister, lees en spreek uit.
                         

1.    Hoi Anoek. Wat voor familie heb jij?
2.    Hoeveel broertjes en zusjes heb je?
3.    Wij zijn met vijf. Ik heb een vader, een moeder en twee broertjes. Ik heb geen zusje.
4.

   Hoe ziet je vader eruit? Welke kleur haar heeft hij?

5.   Hij is lang, hij heeft blond haar en groene ogen. 
6.    Hij heeft geen snor, maar wel een kort baardje.
7.    En hoe ziet je moeder eruit? Welke kleur ogen heeft zij?
8.    Zij is klein, zij heeft lang, blond haar en blauwe ogen.
9.    Ze draagt een grote rode bril.

 

10.    Hoe heten je vader en moeder?
11.    Mijn vader heet Bram en mijn moeder heet Nathalie.
12.    Hoe oud is je vader?
13.    Ik weet het niet.
14.    Hoe oud is je moeder?
15.    Mijn moeder is zesenveertig (46) jaar.
16.    Heb je nog een opa en oma? Zijn ze oud?
17.    
  Ja, ze wonen in Engeland. Ze zijn niet heel oud, maar ook niet heel jong.

 

......  ......    klik hier voor de volgende oefening